Homeros had zo zijn vergelijkingen. In Een telkens nieuwe oudheid bewijst David Rijser dat ook hij daar thuis in is. Over het doorwerken van de oudheid luidt het bijvoorbeeld: ‘Zo is het met de oudheid een beetje gesteld als met de uitzonderlijk lang brandende Havana-sigaren op Cuba: de baas steekt er een op, geeft hem na een kwartier aan zijn chauffeur, die hem na een tijdje weer doorgeeft aan de tuinman, die … enzovoort. De sigaar wordt almaar korter, verandert van smaak, raakt beduimeld, verliest of wint juist prestige en uiteindelijk blijft er slechts een stompje van over.’ (p. 347)
1 – David Rijser homerisch
